ABC: Bouwstenen; werkvormen

Twintig volwassen mannen en vrouwen gaan op hun knieën in een poging om gezamenlijk een bamboestok, alleen ondersteund door hun vingers, neer te leggen op de grond. Na een fase van verwarring, vertwijfeling en frustratie treedt de rust in en werken ze geconcentreerd samen om hun taak te volbrengen. Tijdens deze oefening wordt de natuurlijke (team)rol van iedereen duidelijk. Een stil teamlid dat wegens een fysieke beperking niet mee kan doen, blijkt een uitstekende coach en motivator. De leider en kartrekker van het team raakt zeer snel gefrustreerd en wil opgeven. De ‘seniors’ in het team luisteren plotseling naar de jeugdige nieuwkomers; zij blijken in deze moeilijke omstandigheid oplossingsgericht. Het team ervaart dat succes niet veroorzaakt wordt door ‘doen’ (making happen), maar door ‘laten gebeuren’ (letting happen).

Potentieel wordt zichtbaar

Dit voorbeeld is een doe-oefening als onderdeel van teamcoaching rondom het thema eigenaarschap en verantwoordelijkheid. Tijdens de nabespreking bleek het enthousiasme van het team en hun leidinggevende. De oefening had iedereen anders naar elkaar en naar het team laten kijken. Waarom werken dit soort oefeningen zo goed tijdens teamcoaching? Omdat de teamleden van elkaar zien welke rol zij (kunnen) spelen in het team; onzichtbaar potentieel van elkaar en van het team wordt zichtbaar. Mijn rol daarbij is niet die van docent of trainer (ik leer hen geen feiten of vaardigheden), maar van coach en soms mentor (ik laat hen hun eigen potentieel ontdekken). Anneke Durlinger¹ schrijft daarover: ‘Mijn expertise als coach dient pulling out of potential.’

Passende werkvormen

Een coachtraject vormgeven vraagt om passende werkvormen die mijn rol als coach en mentor ondersteunen. Belangrijke voorwaarden daarvoor zijn:

  • een goede kennismaking via een gesprek met de opdrachtgever of teamleider en bij voorkeur ook met een vertegenwoordiging van het team;
  • terugkoppeling van het voorgenomen programma om draagvlak te creëren: een helder overzicht van de werkvormen en eventuele alternatieven;
  • variatie voor afwisseling in energie;
  • durf om met het programma de grenzen van de comfortzone van het team te overschrijden;
  • flexibiliteit door meer werkvormen voor te bereiden dan nodig.

Vruchtbare leeromgeving

Mensen hebben verschillende leerstijlen, ze leren op verschillende manieren. Bij het ontwerpen van coaching houd ik rekening met de diverse leerstijlen van de deelnemers. Kolb² beschrijft vier gedragingen van mensen in leersituaties. De doener vertoont een combinatie van actief experimenteren en concreet ervaren. De dromer heeft een voorkeur voor concreet ervaren en reflectief observeren. De denker combineert het reflectief observeren en abstract conceptualiseren. En de beslisser is goed in abstract conceptualiseren en actief experimenteren. Het programma én de interventies van een coaching zijn erop gericht om aan al deze gedragingen ruimte te geven. Iedereen bij de les, betrokken en enthousiast houden is niet alleen van groot belang voor de individuele deelnemer, maar ook voor het team. Zo creëren we een vruchtbare leeromgeving.

¹ Logische niveaus in ontwikkeling en leren, Anneke Durlinger, Coachlink magazine, mei 2016
² https://nl.wikipedia.org/wiki/David_Kolb

In het kader van de maand van de teamcoaching ontvang je vijf artikelen: A = de Aanleiding voor teamcoaching, B = drie keer een artikel over de Bouwstenen voor teamcoaching (‘Principes als fundament’, ‘Samenwerken is werken’ en een artikel omtrent werkvormen) en C = het Champagne-moment om te vieren wanneer iets goed verloopt.